Havenplein 24
Harlingen
Op een augustusavond in 1942 meldt de Hafenkommandantur op het Havenplein aan de politie dat er na acht uur nog een Jood op straat is aangetroffen. Op het politiebureau noteert men haar gegevens: ‘Lieba Steil-Aftergut, geboren Limanova 7 jan. 1892'.
Neem alvast een kijkje
De vergeefse vlucht van Lieba Aftergut
Op een augustusavond in 1942 meldt de Hafenkommandantur op het Havenplein aan de politie dat er na acht uur nog een Jood op straat is aangetroffen. Op het politiebureau noteert men haar gegevens: ‘Lieba Steil-Aftergut, geboren Limanova 7 Jan. 1892, wonende Havenplein 24 alhier’, waarna proces-verbaal wordt opgemaakt.
Limanova ligt zuidoostelijk van Krakau, in Polen. In die omgeving krijgt Lieba ook haar zoontjes Berel en Nechemia. Als de Duitsers in 1939 Polen bezetten, worden de drie met ongeveer 2000 andere Joodse vluchtelingen in Nederland toegelaten. Daar treedt Lieba in het huwelijk met de eveneens uit Polen gevluchte Joodse koopman Mozes Aaron Steil uit Den Haag.
In het neutrale Nederland denken ze veilig te zijn. Maar drie maanden na hun huwelijk valt het Duitse leger ook Nederland binnen. Als alle niet-Nederlandse Joden het kustgebied van de Randstad moeten verlaten verhuist Lieba met Berel en Nemechia naar Harlingen. Weggestopt in een smalle steeg bewonen ze een kamer, met in een kleine uitbouw een keukentje en onder het puntdak een slaapkamer. Lieba is bang voor de Duitsers en komt niet veel buiten. Waarom ze die warme augustusavond dan toch op straat is? Mogelijk vergat ze de tijd of zocht ze een van haar zoons. Hoe dan ook: een Duitse militair herkent haar aan de Jodenster op haar jurk.
Lieba en Nechemia, 17 jaar en kleermaker van beroep, worden naar Auschwitz getransporteerd en daar om het leven gebracht. Na haar vergeefse vlucht uit Polen is ze bijna weer thuis: Auschwitz ligt 100 km ten oosten van Limanova. Berel sterft eveneens in Auschwitz en vader Mozes Aaron Steil in het dwangarbeiderskamp Obertraubling bij Regensburg.